De zomerperiode is aangebroken en onze blogschrijvers gaan genieten van hun welverdiende vakantie. Na de vakantieperiode zullen zij weer nieuwe blogs voor u schrijven.
Henk-Jan Steenman, Koudemiddelspecialist | 8 februari 2018
De theorie en de praktijk verschillen van elkaar. In theorie schrijft het Phase-down-schema voor dat er tussen 2018 en 2020 30% minder CO2-equivalenten op de markt mogen worden gebracht ten opzichte van de huidige situatie. In de praktijk betekent het echter een teruggang van een kleine 40% doordat de voorgevulde airco’s en warmtepompsystemen ook meetellen in de vastgestelde quota.
Het aanbod CO2-equivalent wordt beperkt, terwijl de vraag naar de huidige koudemiddelen nog onverminderd doorgaat. Dat is vragen om problemen als de markt niet snel genoeg in beweging komt. Met name de koudemiddelen met hoge GWP-waarden, zijn straks bijna niet meer beschikbaar.
Importeurs en leveranciers als Westfalen zijn namelijk gebonden aan het quotasysteem. Zij krijgen quota toegewezen op basis van het gemiddelde van de door hen gerapporteerde hoeveelheden HFK’s die zij op de markt hebben gebracht tussen 2009 t/m 2012.
Met name R507 en R404 vreten de meeste quota. Om de simpele reden dat deze koudemiddelen een hoge GWP-waarde hebben. Ook R410A en R134A komen in 2018 onder druk te staan vanwege de relatief hoge GWP-waarden. Vervangers voor de R507, R404 en R134a zijn er wel. Voor de R410A is er eigenlijk op dit moment nog geen goed alternatief.
Het is dan ook belangrijk dat de koudemiddelen weer als geregenereerd product op de markt terug komen. Geregenereerd koudemiddel telt immers niet mee in de quota-regeling.
Met name koeltechnische bedrijven moeten niet wachten om hun klanten te adviseren cq. in te lichten. Daar ligt sowieso een belangrijke taak. De koeltechnisch expert moet de onwetende klant aangaande de F-gassen verordening en de gevolgen hiervan, meenemen naar de nieuwe tijd. De klant weet immers van niets en wordt nu bij een calamiteit geconfronteerd met enorme kosten. De koudemiddelen zijn namelijk fors in prijs gestegen. Bij een flinke lekkage merkt men dat meteen in de portemonnee.
Het is soms zo dat eindklanten mij bellen en vragen of de prijzen die het koeltechnisch bedrijf rekent wel kloppen. En ja, die kloppen echt, is dan het antwoordt.
Belangrijk dus om klanten van te voren in te lichten wat de kosten zijn van een reparatie om teleurstellingen te voorkomen.
Het is belangrijk voor een koeltechnisch bedrijf om bezig te zijn met de toekomst.
Het kan niet zo zijn dat je nu nog nieuwe installaties plaatst met bijvoorbeeld R404 of R507 als koudemiddel. Nieuwe HFK’s met GWP-waarden tussen de 1200 en 2500 zie ik overigens als tussenoplossing voor retrofit en niet voor nieuw te bouwen installaties.
De markt moet de klant oplossingen bieden met natuurlijke koudemiddelen of met HFK’s en HFO’s met een lage GWP-waarde. En ja, dat vraagt een investering van het koeltechnisch bedrijf. Die moet namelijk kennis vergaren en monteurs opleiden voor de toekomst. Het is belangrijk dat dit gebeurt, anders lopen we achter de feiten aan en halen we de Phase-down niet.
Regelmatig geef ik voorlichting aan koeltechnische bedrijven door het hele land. Volg ons op social media, daar worden deze sessies aangekondigd.